Zonnepanelen rendement

 

Mogelijk het belangrijkste vraagstuk waar een toekomstige koper van zonnepanelen rekening mee dient te houden is de ‘kwestie rendement’. Bij een (te) laag rendement heb je er namelijk niet zoveel aan. Het is dan sowieso zonde om een paar duizend euro op zo’n installatie stuk te slaan. Ook is het rendement iets dat keer op keer weer terugkomt bij de discussie van de milieuvriendelijkheid van zonne-energie. Hoog tijd dus om uit te pluizen wat er precies met het rendement bedoeld wordt, hoe het wordt berekend, en wat acceptabele waarden zijn voor zonnepanelen.

Misverstand over zonnepanelen

 

Eerst even een misverstand uit de wereld helpen. Wanneer we praten over rendement bedoelen we eigenlijk economisch rendement: de hoeveelheid nuttige energie die na een energieomzetting overblijft. Puur natuurkundig gezien is het rendement namelijk altijd 100%: er kan volgens een belangrijke wet in de natuurkunde namelijk geen energie verloren gaan. Het rendement wordt dus berekend door de nuttige energie te delen door de totale energie. Wanneer dat getal vermenigvuldigd wordt met 100%, komt er een rendementswaarde uit.

 

Rendement van zonnepanelen

 

Het rendement van zonnepanelen hangt van een hoop verschillende dingen af. Het makkelijkste onderdeel in de keten van rendementsverlagende items is de kleur van het licht. Voor sommige kleuren licht is het paneel namelijk gevoeliger dan voor andere: deze kleuren licht leveren dus meer energie. Andere lichtkleuren komen wat negatiever naar voren, en er zijn zelfs kleuren (zoals rood) die dwars door de panelen heen gaan. Daar heb je dus niets meer aan!

 

Het tweede punt dat het rendement drastisch laat afnemen is een natuurkundig probleem. Het is iets dat niet te voorkomen is, zelfs niet in het beste materiaal, en het is nog het beste vergelijkbaar met de hoeveelheid stroom een stof kan geleiden.

 

Al deze punten bij elkaar opgeteld blijkt dat er wanneer het licht op het zonnepaneel valt nog maar 45% van zijn oorspronkelijke energie heeft. Het tweede punt reduceert het rendement tot 30%. Dat is echter gemeten in labratoria. In de praktijk hebben zonnecellen een rendement van 6 tot 16%, met uitschieters naar 25% voor de heel goede (en heel dure) types.